Roodhalsfuut (Podiceps grisegena)
Roodhalsfuten hebben in de winter een saai, grijsbruinkleed. 's Zomers hebben beide geslachten een rode hals en een wit-grijze keelvlek. Dobbeplas, Nootdorp (ZH), 28 december 2012.
Orde:
Fuutachtigen (Podicipediformes)
Familie:
Futen (Podicipedidae)
Lengte: 40-46 cm
Roodhalsfuten broeden in Noordoost-Europa, zoals de Baltische Staten en Rusland. Er zijn enkele zeer verspreide broedgebieden in de rest van Europa, waaronder Nederland (Drenthe). In Nederland zijn het verder schaarse wintergasten.
In de winter zwemmen roodhalsfuten rond zonder de rode hals waaraan ze hun naam danken. In het winterkleed lijken ze wel een beetje op jonge futen en op kuifduikers. Kenmerken om op te letten zijn onder andere de hals (bij een fuut wit), de kleur van het oog, en de kleur en vorm van de snavel.
Fuutachtigen (Podicipediformes)
Familie:
Futen (Podicipedidae)
Lengte: 40-46 cm
Roodhalsfuten broeden in Noordoost-Europa, zoals de Baltische Staten en Rusland. Er zijn enkele zeer verspreide broedgebieden in de rest van Europa, waaronder Nederland (Drenthe). In Nederland zijn het verder schaarse wintergasten.
In de winter zwemmen roodhalsfuten rond zonder de rode hals waaraan ze hun naam danken. In het winterkleed lijken ze wel een beetje op jonge futen en op kuifduikers. Kenmerken om op te letten zijn onder andere de hals (bij een fuut wit), de kleur van het oog, en de kleur en vorm van de snavel.