Roodkeelduiker (Gavia stellata)
Een juveniele roodkeelduiker bij de IJmuidense zuidpier (NH), 17 november 2012.
Orde:
Duikers (Gaviiformes)
Familie:
Duikers (Gaviidae)
Lengte: 55-69 cm
Roodkeelduikers broeden, in tegenstelling tot parelduikers, op kleine, visarme meertjes op de toendra en in beboste moerassen. Om te foerageren gaan ze naar grotere visrijke meren of naar de kust. Het zijn wintergasten die regelmatig langs de kust worden waargenomen. Net als parelduikers komen ze 's winters nauwelijks in het binnenland voor.
Zelfstandige roodkeelduikers eten vis, maar hun jongen krijgen insecten en kreeften gevoerd. Ze kunnen tijdens het foerageren lang onder water blijven.
De opvallende rode keel is alleen 's zomers te zien. 's Winters zijn keel en hals wit, en is alleen de nek donkergrijs gestreept. Een juveniel heeft gedeeltelijk een grijze keel en hals.
Duikers (Gaviiformes)
Familie:
Duikers (Gaviidae)
Lengte: 55-69 cm
Roodkeelduikers broeden, in tegenstelling tot parelduikers, op kleine, visarme meertjes op de toendra en in beboste moerassen. Om te foerageren gaan ze naar grotere visrijke meren of naar de kust. Het zijn wintergasten die regelmatig langs de kust worden waargenomen. Net als parelduikers komen ze 's winters nauwelijks in het binnenland voor.
Zelfstandige roodkeelduikers eten vis, maar hun jongen krijgen insecten en kreeften gevoerd. Ze kunnen tijdens het foerageren lang onder water blijven.
De opvallende rode keel is alleen 's zomers te zien. 's Winters zijn keel en hals wit, en is alleen de nek donkergrijs gestreept. Een juveniel heeft gedeeltelijk een grijze keel en hals.